Over Staedion

Woningen voor statushouders: wanneer doen we het goed?

Sfeerbeeld van De Lamel aan de Neherkade

Wij zetten ons het afgelopen jaar flink in voor het vinden van woningen voor statushouders. Dit doen we niet alleen omdat het huisvesten van mensen tot onze maatschappelijk taak behoort, maar ook om een bijdrage te leveren in het verminderen van de druk op asielopvang. In 2022 hielpen we 441 statushouders in Den Haag en Pijnacker-Nootdorp aan een woning. Een succesvolle bijdrage, want beide gemeenten hebben de taakstelling ‘huisvesten statushouders’ gehaald. Maar er komt wel veel hierbij kijken. Daarom klommen Tanja Riet (projectmanager Verhuur) en Gijsbert van Herk (bestuursvoorzitter) in de pen om de successen en dilemma’s bij dit onderwerp op papier te zetten.

Asielzoekers worden statushouders zodra ze een verblijfsvergunning krijgen. Ze gaan dan deel uitmaken van de Nederlandse samenleving. Door veel instroom van asielzoekers in combinatie met problemen rond de uitstroom van statushouders zijn er niet voldoende opvangplekken. De uitstroom naar een woning is daarom hard nodig om de druk op de asielopvang te verminderen. Woningcorporaties spelen hierbij een belangrijke rol. De gemeenten Den Haag en Pijnacker-Nootdorp hebben in 2022 de taakstelling ‘huisvesten statushouders’ gehaald, waarbij de verdeling van het aandeel woningcorporaties gebaseerd is naar rato van de omvang van het woningbezit per corporatie.

Successen

Wij hielpen nog nooit zoveel statushouders aan een woning als in het afgelopen jaar. Dit succes gaat ook zeker gepaard met de nodige dilemma’s. Want wij voelen ons niet alleen verantwoordelijk voor het vinden van een woning voor statushouders, maar voor alle woningzoekenden in de regio Haaglanden, die aangewezen zijn op een woning in de sociale huursector. De wachttijden van reguliere woningzoekenden zijn vrij lang (circa 6 à 7 jaar) en het aantal woningzoekenden dat voorrang krijgt wordt steeds groter. Hierdoor komen er minder woningen beschikbaar voor de reguliere woningzoekenden.

Dilemma’s

De spanning tussen de verschillende opgaven loopt op en concurreren met elkaar. Waar doen we goed aan? Op korte termijn en ook op lange termijn? Als we bijvoorbeeld kijken naar de druk op de leefbaarheid en veiligheid in kwetsbare wijken. Idealiter staat de woning voor een statushouder in een veerkrachtige wijk of woningcomplex (flat), zodat de statushouder een goede start heeft. Dilemma hierbij is dat woningen met een lage huurprijs vaak in wijken staan, die qua veerkracht en leefbaarheid minder goed scoren. Doordat er kwantitatief zoveel druk staat op het huisvesten van statushouders (druk in aantallen, in tijd en in beschikbare en geschikte woningen), komen we onvoldoende toe aan het kwalitatief plaatsen (met oog voor leefbaarheid en veiligheid, juiste woningen voor de juiste doelgroep en gericht op de toekomst) van statushouders.

‘Dak boven je hoofd beter dan geen dak?’

Deze dillema’s zijn er ook voor nieuwe locaties, waar we bijvoorbeeld statushouders (tijdelijk) kunnen huisvesten (via flex-woningen of ombouwen van bestaande kantoren). Stel, er komt een locatie voorbij in een kwetsbare wijk of een wijk waar geen of nauwelijks voorzieningen zijn. Door de ligging van een locatie kan de integratie van statushouders lastiger zijn. Zetten we hier dan toch in op de huisvesting van statushouders? Omdat een dak boven je hoofd beter is dan geen dak? Of nemen we toch meer tijd om uiteindelijk een beter resultaat te bereiken? Maar hoe lang duurt dat? En is dat wenselijk gezien de grote aantallen statushouders die een woning zoeken? We hebben juist NU woningen nodig.

Gezamenlijke opgave

Gezien de huidige opgave neemt de druk alleen maar toe. In Den Haag is de taakstelling bijna 60% hoger dan het afgelopen jaar. De vraag neemt toe, terwijl het aanbod achterblijft. Dus, het is ‘stoeien’ met de ruimte, dat vraagt om een structurele dialoog over dilemma’s en keuzes, en om creatieve oplossingen. De dillema’s gelden overigens niet alleen voor statushouders, maar voor verschillende doelgroepen, denk aan ouderen of cliënten uit zorginstellingen die zelfstandig moeten gaan wonen. Het gaat bij deze doelgroepen niet alleen om een plek om te wonen, maar om een plek waar mensen zich thuis voelen en een toekomst kunnen opbouwen. Dus, laten we niet eenzijdig naar de wijken kijken, maar met elkaar naar de gehele stad. Dit is niet alleen een taak voor woningcorporaties, maar is een gezamenlijke opgave voor de Rijksoverheid, gemeenten, particuliere verhuurders, zorgaanbieders en maatschappelijke instellingen. Deze partijen zijn nodig voor de juiste begeleiding. Het zou helpen als er tussen al deze partijen centrale regie is: regie op deze keten is wat ons betreft zeer gewenst!

Deze opgave past niet binnen het regulier vrijkomend woningbezit, er zijn meer sociale woningen op passende locaties nodig. Daarnaast is het belangrijk om de vrijkomende, sociale huurwoningen zo goed mogelijk te benutten, passend voor de verschillende doelgroepen.